Nova Scotia duck tolling retrievers
  • Home
  • Wie zijn wij
  • Rasstandaard
  • Onze honden
  • Nieuws
  • Contact
  • Links
  • Foto's
  • PUPS




​Rasstandaard
Nova Scotia Duck Tolling Retriever.
 
Totale verschijning:
 
De toller is een middelmatig grote, krachtige, goed in balans zijnde, gespierde hond. Middelmatig tot zwaar in bot, met een hoge graad van beweeglijkheid, attendheid en vastberadenheid. Velen hebben een ietwat treurige uitdrukking, tot ze aan het werk gaan, want dan veranderd  hun aanblik in een intense concentratie. Tijdens het werk toont hij snelle actie, waarbij het hoofd bijna in één lijn met de rug gehouden wordt. De zwaar behaarde staart is constant in beweging.
 
Temperament:
 
De toller is hoogst intelligent, makkelijk te trainen en heeft een enorm geduld. Hij is een goede kundige zwemmer en een geboren apporteerder zowel in het water als op het land. Zijn sterke apporteerdrang en speelsheid zijn essentiële kwaliteiten voor zijn lokkers – bekwaamheid. Ze zijn liefdevol en speels naar hun familie toe. Ze kunnen wat gereserveerd zijn naar vreemden, echter niet overdreven schuw en vertonen geen agressie.
 
Maten en gewicht:
 
De reu : 48 – 51 cm, 20 – 23 kg
De teef : 45 – 48 cm, 17 – 20 kg
Tot 3 cm onder of boven de genoemde maten is toegestaan.
Het gewicht dient in verhouding te zijn met de hoogte en de botstructuur.
 
Vacht:
 
De toller is gefokt voor het apporteerwerk uit ijskoud water en dient dus een dubbele vacht te hebben, die waterbestendig is, van middelmatige lengte en zachtheid met een zeer dichte ondervacht. De vacht mag een lichte golving vertonen op de rug, verder is de vacht recht.
 
Oren:
 
De oren zijn triangelvormig van middelmatige grootte, Hoog en iets naar achteren geplaatst aan de schedel. De oorbasis wordt enigszins rechtop gedragen, goed bevederd vanaf de plooi. De ronde oorpunten zijn kort behaard.
 
Nek:
 
Sterk, gespierd en goed geplaatst, van middelmatige lengte, zonder vorming van keelhuid.
 
Voorhand en schouders:
 
Deze dienen goed gespierd te zijn, met de schouderbladen goed schuin en aangesloten tegen het lichaam, zodatde schouderpunten vloeiend over gaan in de ruglijn. De opperarm en het schouderblad zijn ongeveer even lang. De ellebogen moeten goed aansluiten tegen het lichaam om een mooi gangwerk te bevorderen.
 
Voorbenen:
 
Deze dienen eruit te zien als sterke , rechte pilaren
 
Middenvoeten:
 
Deze zijn sterk en iets gebogen.
 
Voeten:
 
De voeten zijn voorzien van zwemvliezen en zijn van middelmatige grootte, rond en gesloten, met dikke voetkussens.
 
 Lichaam en achterhand:
 
Diepe borst met goede ronde ribben, reikend tot aan de ellebogen. De rug is kort en recht. De toplijn is vlak. De lendenen sterk en gespierd. Gespierde, brede en vierkante verschijning in lichaam. De achterhandhoeking dient in balans te zijn met de hoeking van de voorhand. De dijen zijn sterk gespierd, boven- en onderbeen ongeveer even lang. Goed gehoekte knieën en laag geplaatste hakken die niet naar binnen noch naar buiten gedraaid zijn. Wolfsklauwen mogen niet voorkomen.
 
Hoofdschedel, neus, mond, ogen en voorsnuit:
 
Het hoofd is welgevormd en licht wigvormig. De brede schedel is slechts iets rond, de jachtknobbel is niet opvallend en de wangen zijn vlak. Het hoofd dient in verhouding te zijn met het lichaam. De neus heeft grote, openstaande neusgaten, de kleur is afhankelijk van de vachtkleur: vleeskleurig tot zwart. De lippen zijn goed gesloten, met een zachte lijn in profiel zonder hanglippen. Een correct gebit is een goed gesloten volledig ( 42 elementen ) schaargebit. De kaken zijn sterk genoeg om een vogel van flink formaat te dragen. Zachtheid in de mond is van essentieel belang. De ogen staan goed uit elkaar, amandelvormig en middelmatig in grootte. De kleur is amberkleurig tot bruin met een vriendelijke , waakzame en intelligente uitdrukking. De randen hebben overeenkomende kleur met de lippen. De voorsnuit vertoond een mooie tapse lijn van stop tot neus met een sterke onderkaak, maar niet vooruit stekend. Het haar op de voorsnuit is kort en fijn.
 
Staart:
 
Deze volgt de natuurlijke, iets gebogen lijn van de croupe. Breed aan de basis, rijkelijk en zwaar behaard met de laatste wervel reikend tot aan het spronggewricht. De staart mag beneden het niveau van de rug gedragen worden, behalve wanneer de hond attent is, dan gaat de staart in een boog hoog over de rug, zonder het lichaam aan te raken.
 
Gangwerk:
 
De toller combineert de impressie van energie met een veerkrachtig, vrolijk gangwerk met goede paslengte in de voorhanden sterke stuwing in de achterhand. De voeten staan recht en de benen bewegen in rechte lijn. Bij hogere snelheid gaat de hond éénsporig, waarbij de ruglijn vlak blijft.
 
 
Kleur:
 
De kleur is een variatie van nuances in rood of oranje. Gewoonlijk is één van de volgende markeringen te zien: puntje staart, voeten, borst en bles.
 
Fouten:


  • Honden groter of kleiner dan voorgeschreven
  • Te korte staart, haakstaart of op de rug gekrulde staart
  • Gebogen neusrug
  • Grote ronde ogen
  • Pigment die niet aan de voorgeschreven kleur voldoet
  • Helder roze neus
  • Open vacht
  • Lange of spreidvoeten, doorgezakte middenvoet
  • Doorgezakte of gekromde rug, slappe lendenen
  • Te laag gedragen staart in actie
 
Diskwalificaties:


  • Witte vlekken op schouders, rond de oren, boven op de nek, de rug of flanken
  • Zilverkleurige vacht, grijs in de vacht of zwarte platen, elke kleur anders dan rood of oranje
  • Geen zwemvliezen
  • Ondervoorbijter, bovenvoorbijter of scheve mond
  • Schuwheid
  • Gevlekte neus
  • Reuen dienen twee welgevormde teelballen te bezitten, die volledig in de balzak zijn ingedaald
 

Aangestuurd door Maak uw eigen unieke website met aanpasbare sjablonen.
  • Home
  • Wie zijn wij
  • Rasstandaard
  • Onze honden
  • Nieuws
  • Contact
  • Links
  • Foto's
  • PUPS